Draadjesvlees stond vroeger regelmatig op het menu maar tegenwoordig hebben mensen het druk en word het ouderwetse draadjesvlees een stuk minder vaak gemaakt. Zonde want het is echt heerlijk. Draadjesvlees maak je van rundvlees, je kunt hier sucadelapjes, riblappen of runderlappen voor gebruiken. Sucadelapjes bevatten over het algemeen het meeste vet en runderlappen zijn het magerst. Gebruik je runderlappen neem dan de wat doorregen runderlappen, anders word het vlees te droog. Er zijn vele recepten om draadjesvlees te krijgen maar dit recept vind ik zelf makkelijk en heel erg lekker.
Om de jus nog wat te binden kun je er op het laatst nog een plak ontbijtkoek in weg laten smelten, geeft een iets zoetere smaak en maakt de jus wat dikker. De specerijen uit de ontbijtkoek passen er ook erg goed bij.
Belangrijk bij het maken van draadjesvlees is dat je het vlees een uurtje voor het bakken alvast uit de koelkast haalt, zo komt het vlees al een beetje op temperatuur en krijg je lekker mals vlees.
Bestrooi het vlees ruim met zout, peper en nootmuskaat.
Zet een braadpan op het vuur en voeg hier de boter aan toe.
Laat de boter goed uit bruisen en voeg dan het vlees toe.
Bak het vlees goed aan, draai niet te snel om, zorg dat het vlees echt mooi bruin geworden is.
Draai dan om en bak de andere kant ook mooi bruin.
Voeg nu de sjalotjes en de gesneden knoflook toe en bak even mee.
Blus nu af met de rode wijn, giet het er langzaam bij zodat er niet in 1x een koude plons wijn bij het vlees gegoten word, zo schrikt het vlees en wordt taai.
Voeg nu de kruidnagel en het laurierblaadje toe en leg een deksel op de pan.
Zet het vuur nu zo dat het heel langzaam blijft pruttelen maar niet te hoog, het moet vooral langzaam garen.
Hou het vlees goed in de gaten en keer af en toe even om.
Na ongeveer 3 á 4 uur is het vlees lekker mals en gaar, controleer regelmatig, soms is het iets eerder klaar en soms duurt het langer.
Voeg de verse tomatenblokjes de laatste 15 minuten toe.
Voeg op het laatst nog 2 á 3 blaadjes salie in reepjes gesneden toe (dit is optioneel).
Eet het draadjesvlees lekker met gekookte aardappelen en een groente, of eet het lekker bij bv hutspot. Schep er een lekker schepje van de rode wijn jus overheen, heerlijk!.
In deze koopgids
Ingrediënten
Aanwijzingen
Bestrooi het vlees ruim met zout, peper en nootmuskaat.
Zet een braadpan op het vuur en voeg hier de boter aan toe.
Laat de boter goed uit bruisen en voeg dan het vlees toe.
Bak het vlees goed aan, draai niet te snel om, zorg dat het vlees echt mooi bruin geworden is.
Draai dan om en bak de andere kant ook mooi bruin.
Voeg nu de sjalotjes en de gesneden knoflook toe en bak even mee.
Blus nu af met de rode wijn, giet het er langzaam bij zodat er niet in 1x een koude plons wijn bij het vlees gegoten word, zo schrikt het vlees en wordt taai.
Voeg nu de kruidnagel en het laurierblaadje toe en leg een deksel op de pan.
Zet het vuur nu zo dat het heel langzaam blijft pruttelen maar niet te hoog, het moet vooral langzaam garen.
Hou het vlees goed in de gaten en keer af en toe even om.
Na ongeveer 3 á 4 uur is het vlees lekker mals en gaar, controleer regelmatig, soms is het iets eerder klaar en soms duurt het langer.
Voeg de verse tomatenblokjes de laatste 15 minuten toe.
Voeg op het laatst nog 2 á 3 blaadjes salie in reepjes gesneden toe (dit is optioneel).
Eet het draadjesvlees lekker met gekookte aardappelen en een groente, of eet het lekker bij bv hutspot. Schep er een lekker schepje van de rode wijn jus overheen, heerlijk!.